Jong Leren Eten is een programma opgezet vanuit het Ministerie van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit,, met als doel om zoveel mogelijk kinderen en jongeren structureel in aanraking te laten komen met voedseleducatie. Belangrijk hierbij is het ervaringsgerichte leren, zodat kinderen door te doen en zelf te ervaren van alles leren over gezonde voeding. De drie pijlers waarop het programma is gebouwd, zijn: moestuinieren, kooklessen en boerderijeducatie. Scholen en kinderopvang kunnen jaarlijks de Lekker naar Buiten!-subsidie aanvragen of contact opnemen met de contactpersonen in hun provincie (de Jong Leren Eten makelaars) als ze meer willen weten of  voedseleducatie willen inbedden in het (school)beleid. 

foto: IVN Zuid-Hiolland

door Manja van de Plasse, IVN Zuid-Holland & Zeeland

Als makelaar Jong Leren Eten neem ik graag de pen op om in deze nieuwsbrief van Springzaad meer te vertellen over het programma en de raakvlakken met Springzaad. Om met dat laatste te beginnen wij hebben allen een zelfde doel namelijk, kinderen zoveel mogelijk laten ervaren dat wij onlosmakelijk verbonden zijn met de natuur. En dat wanneer wij goed voor de natuur zorgen ook goed voor onszelf zorgen en andersom. 

Eigenlijk voelen en begrijpen kinderen dat van nature heel goed. Aanhaken waar de energie en interesse ligt is een goed uitgangspunt voor bewustwording en het aanleren van gewoonten die onze omgeving en gezondheid ondersteunen. 

Dat is wat mij aanspreekt in mijn werk en ik ontmoet elke dag collega’s in het veld die er ook zo in zitten. Samen optrekken maakt dat wij nog meer impact kunnen hebben. Elkaars expertise benutten is daar voor mij onlosmakelijk mee verbonden. 

Komend jaar biedt Jong Leren Eten Zuid Holland weer een moestuincoach opleiding aan. Waarbij ons motto is : Elk NME een moestuincoach. Zodat de moestuincoaches zich verbonden weten met de lokale NME’s en de NME’s de moestuincoach weten te vinden en daar mee optrekken. Kortom samen kunnen wij, als professionals, de wereld van morgen voorleven aan de nieuwe generatie.

Wat doet Jong Leren Eten?

JLE is een overheidsprogramma opgezet vanuit het Ministerie van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit, dat als doel heeft om zoveel mogelijk kinderen en jongeren structureel in aanraking te laten komen met lessen over voedsel. Belangrijk hierbij is het ervaringsgerichte leren, zodat kinderen door te doen en zelf te ervaren van alles leren over gezonde voeding en waar het vandaan komt. 

De drie pijlers waarop het programma is gebouwd, zijn: moestuinieren, kooklessen en boerderijeducatie. Om scholen aan te sporen om met ervaringsgericht leren aan de slag te gaan, kunnen zij zich ieder jaar in september inschrijven voor de Lekker naar Buiten!-subsidie. Met deze subsidie kun je bijvoorbeeld materialen aanschaffen voor de moestuin of  een moestuincoach inschakelen. 

Samenwerkingen

Voor het realiseren van de programmadoelen heeft Jong Leren Eten in het hele land contactpersonen, de zogenaamde Jong Leren Eten makelaars. Eén van deze makelaars is werkzaam aan de gezondheidskant, de GGD. De andere makelaar is werkzaam in het veld van natuur- en milieueducatie. De makelaars kunnen scholen helpen bij alle vragen rond voedseleducatie. Je vindt hun contactgegevens op Jong Leren Eten website, bij de desbetreffende regiopagina. 

Daarnaast wordt er samengewerkt met een groot aantal landelijke partners. De belangrijkste partners zijn:  Gezonde School, het Voedingscentrum, IVN Natuureducatie, Jongeren op Gezond Gewicht en het netwerk van Natuur en Milieu Educatie centra. 

Lesmaterialen 

Het uiteindelijke doel van Jong Leren Eten is structurele verankering van voedseleducatie in het schoolbeleid en lesprogramma. Onderwijsinhoudelijk haakt Jong Leren Eten daarom aan bij het Leerplankader Sport, Bewegen en Gezonde Leefstijl (SBGL) en het thema Voeding daarin van het Nationaal Expertisecentrum voor Leerplanontwikkeling (de SLO). 

De lesmaterialen die op de website staan, zijn goedgekeurd wat betreft kwaliteit en sluiten aan op de leerdoelen. Daarnaast staan er ook betaalde lesprogramma’s op de website, maar enkel als deze door het RIVM zijn bestempeld als erkende interventie. 

Meer informatie: www.jonglereneten.nl, LinkedIn en Twitter. 

foto: IVN Zuid-Hiolland

Tuinieren met wilde planten

Wil je meer weten over hoe andere mensen wilde planten toepassen in de tuin en hoe je aan zaden en planten kunt komen, meld je dan aan als lid van de facebookgroep ‘Tuinieren met wilde planten’. Je gaat gewoon naar facebook, klikt op het zoek-icoon (vergrootglas) en typt in het zoekvenster ‘Tuinieren met wilde planten’. Er wordt dan gevraagd of je lid wilt worden van deze groep die is bedoeld als kenniscentrum en uitwisselingspunt voor het gebruik van wilde planten in tuinen en plantsoenen.

Wat mag op deze groep?

– Kennis van planten en zaden uitwisselen, commercieel en niet-commercieel, door professionals en liefhebbers.

– Tuinoverschot van liefhebbers vragen en aanbieden, gratis of betaald of ruil.

– Je natuurrijke tuin laten zien en er over vertellen. 

Door: Marlies Huijzer

Gewoon sneeuwklokje, Galanthus nivalis

Alles buiten hield nog even zijn ‘adem in’, ‘stilte voor de storm’ voordat alles weer uitbarst, uitloopt, in blad komt,  groeit en groen wordt.

De sneeuw is met een paar graden hogere temperatuur snel verdwenen, de voorjaarsbloeiende bollen als sneeuwklok en sneeuwroem die verstopt zaten onder de sneeuw, komen als één van de eerste planten tevoorschijn, de andere planten volgen snel, alles wordt zo meteen weer groen.

Een nieuw jaar, het naderende voorjaar: we hebben er zin in! 

Pjotr Timmerman is de eerste week van dit jaar meteen op de fiets gestapt met stagiair Jurek Minderman om met hem speelplekken te bezoeken in de regio Nijmegen. Inmiddels heeft Jurek kennis gemaakt met een flink aantal mensen die actief zijn onder de Springzaad vlag in verschillende regio’s in het land. Hij schrijft over zijn ervaringen in deze nieuwsbrief. 

Ook Ity wil het flink ‘bont maken’ dit jaar en in de overdenking van Jeanette geeft zij aan dat ze de bomen is gaan begrijpen die in het voorjaar hun nieuwe knoppen jubelend begroeten en “Alles is goed” lijken te trompetteren.

‘We houden ons nog even in’, maar er komt een moment waarop we straks ‘los kunnen barsten’, met activiteiten, bijeenkomsten, feesten, het gezamenlijk bezoeken van mooie voorbeelden van natuur en speellocaties!

Door: Marjan Nijland en Heilien Tonckens

Door: Jeanette van der Meulen

Maart vorig jaar streek er een zwarte zwaan neer in Nederland en de afgelopen tijd ervaarden wij de impact hiervan op ons dagelijks leven. En nu – bijna een jaar rond vol ongekende onzekerheden- zie ik achterom kijkend alleen maar richtingaanwijzers die onze wereld kleiner en kleiner maken en ons dwingend terugduwen naar onze eigen kring en op onze eigen plek. Steeds opnieuw terugschakelen naar nog een versnelling lager om nu in een ongerepte witte wereld helemaal tot stilstand te komen. Eindelijk winter. 

Nee, het terugschakelen ging niet vrijwillig en zeker niet soepel. Aan het geluid van de knarsende tandwielen te horen zijn wij al een tijdje vergeten hoe wij onze versnelling moeten smeren. Wij lijken als samenleving niet meer bestand tegen deze onverwachtse veranderingen. Onrust en tegengestelde meningen buitelen over elkaar heen en is er nog wel loyaliteit over om het samen te kunnen doen? Immers als iedereen alleen zijn eigen mening als maatstaf neemt, sluiten wij alle anderen uit. 

Essayist, geleerde en wiskundige NN Taleb introduceerde de zwarte zwaan in zijn gelijknamige boek. Hij pleit voor wat hij noemt een “zwarte zwaan robuuste” samenleving, wat betekent dat een samenleving moeilijk te voorspellen gebeurtenissen kan opvangen en weerstaan. Van fragiel naar antifragiel. 

Witte zwanen zijn er ook en vliegen net zo goed onaangekondigd en brutaal je leven binnen. Ik maakte dit mee bij de geboorte van mijn eerste kleinkind. “Alles is goed” trilde er als een eenvoudige maar glasheldere wiekslag door elke vezel van mijn lijf en ik kreeg er een nieuw onbekend gevoel bij. Sindsdien ben ik de bomen gaan begrijpen die in het voorjaar hun nieuwe knoppen jubelend begroeten. “Alles is goed” trompetteren zij elk jaar weer feestelijk het bos rond.   

Zowel witte als zwarte zwanen zijn niet te voorspellen, simpelweg omdat zij een (nog) niet bestaand  fenomeen  aankondigen. Beiden zetten echter alles op de kop en dwingen ons opnieuw te kijken naar wat er toe doet. Taleb adviseert dan ook een zekere mate van robuustheid in te bouwen waarmee wij negatieve gebeurtenissen kunnen ondervangen en positieve benutten. Klinkt goed maar hoe dan- waar zit onze blinde vlek? Wat kunnen wij leren van de natuur, hoe overleeft de natuur al decennia lang soortgelijke crises?  

Een uitspraak van de Pit indianen in Californië kan ons wakker schudden: “ Jullie zijn zwervers, hebben geen thuis in de wereld en trekken gehaast door het land. Zijn niet geïnteresseerd in het maken van verbindingen met de dieren of de planten of de mensen die het land bewonen. Daar begrijpen wij niets van”. 

Ontworteld dus en niet in verbinding is hun boodschap…. maar hebben wij als rechtgeaarde en ontwikkelde Europeaan de grond onder onze voeten eigenlijk nog wel nodig? Met de supermarkt, de auto en het online bestellen staan wij immers op eigen voeten. Dit is toch iets meer van deze tijd en onze verworvenheid: zelfstandigheid en vrijheid. Een ding is duidelijk, “het gehaast door het land trekken” ligt nu al bijna een jaar aan banden. De relatie met onze directe omgeving staat onder druk, wij hebben ons losgekoppeld van plek en gemeenschap en noemen dit vrijheid. Waar bestaat onze habitat anno 2021 eigenlijk uit? 

Om dit opnieuw te ontdekken raad ik je aan nieuwsgierig te worden naar wat je niet weet… zelfs wetenschappers kiezen meer en meer voor deze insteek. Albert Einstein: “verdiep je werkelijk in de mysteries van de natuur en dan zal je alles beter begrijpen”. Hiernaast is belangrijk dat je de eeuwenoude tweedelling loslaat tussen jezelf en de rest van de schepping. Leer hoe je andere vragen kunt stellen, vragen naar de verbindingen. Bijvoorbeeld: vraag niet hoe iets werkt maar vraag naar hoe iets blijft werken. Kinderen kunnen dit van nature… nieuwsgierig zijn naar wat zij niet weten… immers alles is nieuw en met hun “waarom vragen” vragen zij het hemd van je lijf over hun eigen plek en directe omgeving. Kijk maar eens goed hoe zij dat doen- neem de tijd en duik opnieuw in deze kleine persoonlijke wereld . Stel samen met de kinderen duizend onschuldige maar krachtige vragen over wat er toe doet. Verbind je daar onvoorwaardelijk mee en je zult zien….. wonderbaarlijk compleet. 

Uitspraak Darwin: “die gemeenschappen die de meeste ruimhartige leden hebben gedijen het best”. 

Door: Ity Busstra-te Velde

Hoe bont en groen zullen we het dit jaar weer maken? Een nieuw jaar vol uitdagingen ligt voor ons, waarin we BUITEN wel met hoofdletters mogen spellen, want binnen zitten is bijna de norm. Vanaf schermen bekijken de kinderen de wereld.. 

Maar kijk uit het raam: daar buiten gebeurt het! Buiten ligt het avontuur te wachten, buiten is één grote ontdekkingsreis. Leef het de kinderen voor, ga naar buiten en neem ze mee op een survivaltocht. Oude kleren aan en gaan: laat ze struinen dwars door de struiken, rollen door de sneeuw, kruipen door de modder, springen in een regenplas, kuilen graven, slepen met stokken om een brug te bouwen of, nog spannender, een valkuil, laat ze springen met een stok over een slootje.

Lok ze naar buiten met een uitdagend vooruitzicht: je weet de dikste boom van de omgeving te staan en hoeveel armen zouden daar om heen passen, je weet een plek waar duizenden vogels wonen en wie kan door de verrekijker de meeste soorten tellen, je weet een heuvel die alleen door sterke benen is te beklimmen, je weet een bos zonder pad waar je kunt verdwalen, je kent een plek in het bos waar het donker en spannend is en waar een geheim ontdekt moet worden, je weet een hol en welk dier zou daar wonen, je kent een spoor en waar zou dat heen leiden, je weet een boom waar je in kunt klimmen en de verte kunt zien, je kent een plek waar je wilde dieren kunt bekijken van heel dichtbij.

Ga naar buiten en doe alsof je in de préhistorie leeft: bouw met takken je eigen hut en dek het af met afgestorven grassen en bladeren, maak met je zakmes een speer en ga op jacht, maak samen een pijl en boog en leer schieten op een doel, stook een vuurtje en bak broodjes aan een stok.

Als je uit je raam kijkt en je ziet huizen en geen mogelijkheden, kijk dan even verder. Kleed je warm aan, eventueel in een skipak, pak de fiets en ga naar het park, een recreatiegebied, een verlaten terrein, het bos, het kale boerenland, het strand en de duinen. Maak er een buitenavontuur van waarbij binnen zitten geheel verbleekt en wangen weer kleur krijgen. Zet ’ m op dit nieuwe jaar, laten we er dit jaar een nog groener jaar van maken!