door Ity Busstra – Natuurlijk Geïnspireerd

Hoera, het is lente! Als je de natuurlijke tijd volgt, is het vanaf begin maart lente. Vanuit de Keltische natuurreligie vier je de eerste lentedag zelfs al op 1 februari, met het oeroude lichtfeest Imbolc. Ondanks de vrieskou in de nacht is de lente zachtjes binnengeslopen en openen zich heel voorzichtig steeds meer bloem- en bladknoppen. Langzaam raakt de nog koude grond weer bedekt met groen, als eerste zie je de bijna ronde blaadjes van het speenkruid en bloeit als snel daarna de paarse dovenetel. Imbolc betekent ‘In de buik’ en laat zien dat Moeder Aarde in volle verwachting is. De viering staat voor de sluimerende levenskrachten die wakker worden, waar de natuur nog doods en bevroren lijkt, roert zich onder de grond al nieuw leven. 

Imbolc is gewijd aan de godin Brigid, zij is de godin van de vruchtbaarheid, geneeskunst en poëzie, de godin van het vuur en het hart. Ze staat symbool voor de levenskrachten in de Aarde die ze helpt te wekken en is ook sterk verbonden met verloskundigen en net geboren baby’s. Nadat het feest gekerstend is en de godin vervangen werd door Maria wordt in de Katholieke kerk op 2 februari Maria Lichtmis gevierd. Op Maria Lichtmis worden kaarsen gezegend en de mis wordt opgedragen aan de moeders. Het is het laatste lichtfeest dat de donkere tijd afsluit, je merkt het aan het licht dat elke dag toeneemt. 

De viering van het licht met Imbolc of Maria Lichtmis kun je vormgeven met kinderen door een spiraal van kaarsjes of dennentakken op de grond te creëren waar elk kind in het midden zijn eigen kaars aan mag steken. De dag sluit je af met het bakken van pannenkoekjes als symbool van de rijzende zon. Op een plekje in huis waar je de seizoenen tot uitdrukking laat komen plaats je een vaasje met witte bloemen zoals sneeuwklokjes, die met hun kleine klokjes de lente inluiden. Als elke verandering in de natuur binnen wordt uitbeeldt met een seizoenplekje kan die verandering verinnerlijkt worden, zo raakt het leven in het ritme van de natuur verweven in het leven van het kind. Maar buiten gebeurt de echte hechting, met al je zintuigen de natuur ervaren is wat diep raakt en leert dat jij als kind ook natuur bent.

Ook het maken van (drijf)kaarsen uit de resten van de winterlichten en het loslaten daarvan op 02 februari als dank voor het kaarslicht in donkere winterdagen en de begroeting van het terugkerende lentelicht is een oude traditie

Het voorjaar is een heerlijke tijd om met al je zintuigen de zich openende natuur te gaan ervaren. In het begin van de lente bedekken sneeuwklokjes en krokussen het grasveld op landgoederen en in parken, hun bloei wordt overgenomen door narcissen, maagdenpalm, anemoontjes en later in de lente holwortel, daslook en boshyacint. Het is fijn om met de kinderen erop uit te gaan om deze stinsenplanten te bewonderen. Met wat warmer weer kun je de bloemen zelfs ruiken, ze verspreiden een zoete geur. Met elkaar op de knieën om van heel dichtbij de eerste hommels en bijen te zien die zich tegoed doen aan de nectar maakt het compleet. 

Om deze insecten naar je eigen tuin te lokken, is het goed om in de herfst samen met de kinderen bloembollen te poten, losjes in het gras of tussen de vaste planten, een belofte waar kinderen graag aan mee werken. Met deze bloembollen in je tuin is er zelfs al wat te eten in het vroege voorjaar. En ook de wilde planten geven volop vitamines en mineralen om gezond het voorjaar in te gaan. Dat maakt dat het zintuiglijk genieten nog groter wordt dan alleen kijken, ruiken of tasten. 

Eten uit je tuin geeft een grote vreugde, zowel voor kinderen als volwassenen, niets is leuker dan je eigen maaltje bij elkaar te plukken voor in een soep, omelet, kruidenboter, pesto of salade. Als er ruimte is in de tuin voor wilde planten kan er vanaf het begin van de lente geplukt worden van de blaadjes van het speenkruid, dovenetel, brandnetel, zevenblad, paardenbloem en daslook. Ter versiering van een salade of je boterham kun je de eetbare bloemen van dovenetel, forsythia en daslook gebruiken. 

Zo scharrel je samen met de kinderen door het vroege voorjaar naar het volgende jaarfeest, op de dag dat het licht van de dag en de nacht even lang is, de lente-equinox, wordt op 21 maart het Keltische jaarfeest Ostara gevierd. Het licht overwint het donker, hierna merk je dat de avonden steeds langer worden. De energie van de natuur is uitbundig, een enorme groeikracht laat zaden ontkiemen, dieren worden wakker en knoppen openen zich. 

Ostara is gewijd aan de godin Eostre, de godin van de lente, de wederopstanding en vernieuwing, levenskracht en vruchtbaarheid. In haar naam hoor je nog het oosten door, de plek waar de zon elke dag geboren wordt, het is de geboortetijd van nieuw leven. In Ostara klinkt nog de benaming voor het Paasfeest door, in Duitsland is dat Ostern en Engeland Easter. Bij dit lentefeest horen de haas en het ei. De haas is verwant aan de godin en staat symbool voor overvloed en vruchtbaarheid, de eieren die ze brengt laten de onzichtbare levenskracht zien die nog in de dop verscholen ligt, zoals de knoppen en zaden nog in afwachting zijn van de zonnewarmte. 

Het is een mooie verbeelding voor het symbolisch activeren van de levenskracht om eieren te beschilderen met de kinderen met natuurlijke verfstoffen uit de natuur of met afdrukken van planten erop. Ook het zaad dat gaat ontkiemen geeft aanleiding tot een mini-tuintje in een bak in huis waarin de groeikracht van de natuur tot uiting komt. Samen met een paar voorjaarstakken op de vaas luid je met de kinderen de lente in en verbind je hen met de natuurlijke cyclus, die niet alleen om hen heen aanwezig is, maar ook in henzelf leeft. Immers, de natuur, dat ben jij.

Ity Busstra – Natuurlijk Geïnspireerd

Een maartse bui die de wereld voor even helemaal wit maakt, een straffe noordwester en dan weer de zon, die al aardig fel en krachtig is en al dat wit snel doet wegsmelten.  

De krokussen houden zich goed onder het geweld van de ‘maartse staart’. Ze malen niet om zo’n koude dag of witte deken. Als de zon maar even schijnt, staan hun bloemen al snel weer wijd open, in afwachting van een bezoekje.

Voor onszelf is zo’n laatste stuip van koning winter bij uitstek geschikt om binnen nog wat achterstallige klussen op te pakken, om iets af te maken of in gang te zetten en daarna in de pauze lekker een frisse neus te halen. Eén ding is zeker, de lente komt eraan!

Met enige regelmaat ontvang je van Springzaad een Nieuwsflits in je mailbox, waarin we allerlei activiteiten aankondigen, een oproep doen of anders iets met je willen delen. Die Nieuwsflitsen worden goed gelezen, zoals we aan de reacties en response merken.

De training ‘Vergroening van de schoolomgeving’ begin dit jaar in Assen (samen met de IVN) liep binnen een mum van tijd vol. Een verslag van Agnes over deze succesvolle training, lees je verderop in deze Nieuwsbrief.

Andere zaken hebben we niet rondgestuurd maar zijn uiteraard te lezen voor wie dit interessant vindt. Het jaarverslag en de cijfers over 2022 bijvoorbeeld staan op onze website.

Hier staat ook onze jaaragenda en de data van activiteiten. We noemen alleen even de 2e excursie naar Freiburg in mei 2023 en de Zandkastelendag.

Het bestuur is bezig met een eerste online café. Dit is met name bedoeld om elkaar als partners te ontmoeten, en kennis en ervaring uit te wisselen aan de hand van een thema. 

We willen eens met elkaar (door)praten over de waarde van losse spelmaterialen op een speelplek / schoolplein. Over of over zoiets als schaduwwerking en gevelbeplanting.

We starten met een groen onderwerp namelijk ‘Klimaatadaptief groen’: verticale vergroening van een gymzaal of schoolgebouw, daar waar weinig ruimte is bijvoorbeeld en geen voetjes komen, beplanting op het gebouw (groendak), schaduwwerking van beplanting.

We merken dat leerkrachten behoefte hebben aan kennis en ondersteuning bij het gebruik van een groene speel-leeromgeving. Wat kun je zoal met zo’n buitenruimte? Hoe gebruik je het behalve tijdens de pauzes ook nog eens handig voor je lessen? 

Op de Springzaad-website vind je veel informatie, maar kijk voor inspiratie en ideeën ook eens op de website: www.onsgroeneschoolplein.nl  

In deze nieuwsbrief lees je over kleine beestjes en andere activiteiten om met kinderen te doen.

Zo weven jong en oud samen een web van verwondering, rondom alles wat daar leeft zodat de kinderen deze diertjes (en jijzelf als ouder, begeleider of leerkracht ook!) beter leert kennen. 

Veel inspiratie toegewenst!

door Anneke Rodenburg en Suzanne van Ginneken

Soms zit je zo in je eigen bubbel, dat je vergeet dat er ook andere bubbels zijn. Dat hebben Anneke Rodenburg van ‘Tuin en vlinder’ en ik ervaren tijdens onze deelname aan het Duurzame & gezonde scholen congres in Zwolle op 9 november. Wij gaven daar een workshop met het, door de organisatie aangedragen, thema ‘Multifunctioneel gebruik van een groen schoolplein’. 

Het publiek en de workshops
Ik kende er niemand en dat was interessant, want ik loop toch al een aardige tijd rond in het wereldje van de groene schoolpleinen. Er bleken vooral schoolbesturen, projectontwikkelaars, gemeentes en leveranciers van luchtverversingssystemen te zijn. Verder een paar architecten en wat verdwaalde types zoals wij 😉. 

Het hele congres ging vooral over hoe het schoolgebouw gezonder kan worden. Lees: meer ventilatiesystemen en zonwering. Er waren veel deskundige mensen die alles weten van wat een schoolgebouw kost, maar het plein kreeg daarbij nauwelijks aandacht. 

Een leuke workshop volgde ik bij https://www.mevrouwmeijer.nu/ . Zij pleitten voor transformatie van oude schoolgebouwen naar een mooiere, duurzamere plek. Zij zeiden daarin ook de omgeving van de school mee te nemen (al wordt dat op de site niet zichtbaar). Al met al een prettige uitzondering op dit congres.

Onze workshopMultifunctioneel gebruik van een groen schoolplein’ 

Bij kennismaking met de deelnemers aan onze workshop bleek al snel dat mensen vooral vragen hadden over de bekende onderwerpen: veiligheid, participatie, modder in de school etc. Ik had de indruk dat er weinig kennis was over groene schoolpleinen. Daar kunnen wij met zijn allen nog zeker wat aan doen. We hebben ze veel informatie en inspirerende voorbeelden gegeven. 

Gelukkig werd er ook een vraag over onderhoud gesteld waardoor we meteen de nieuwe Springzaadcursus konden promoten.  En we hebben aardig wat flyers uitgedeeld.
Anneke vertelde ook over het multifunctionele groene plein van Entrea Lindenhout in Apeldoorn. Dit wordt niet alleen gebruikt door de school, maar ook door diverse zorgverleners zoals maatschappelijk werk, fysiotherapie, enz. Een mooi concept dat zeker navolging verdient. 

Netwerken
Na onze workshop ben ik weer aan het netwerken geslagen, een praatje hier en daar, en wat goed werkte was de vraag: ‘kun jij mij voorstellen aan iemand waarvan je denkt dat ik die moet kennen?’ 

Verder ging ik op zoek naar het antwoord op de vraag: ‘Hoe veranderen we de VNG verordening waarin staat dat er 3m2/kind moet zijn met een maximum van 600m2 (ongeacht hoeveel kinderen er op school zitten)’ Dat is volgens mij de oorzaak van veel ‘speeldrukproblemen’. 

Ik ben er niet achter gekomen waar je moet zijn voor zo’n aanpassing. Iedereen neemt het over, maar niemand op dit congres wist hoe dit te veranderen. Er werd gesuggereerd contact op te nemen met de VNG, PO raad, of Leren voor morgen (Lerenvoormorgen.org). 

Bij de afsluitende plenaire bijeenkomst werd gevraagd of er nog belangrijke zaken waren die niet aan bod waren gekomen. Toen ben ik toch maar even opgestaan…. En daardoor raakte ik na afloop weer in gesprek met mensen die ook aangaven dat ze groene pleinen erg belangrijk vonden.
Zo werd dit een boeiende dag in een wereld waar ik niet helemaal leek te passen.

Call to action

  1. Het zou mooi zijn als meer mensen van Springzaad de eigen bubbel af en toe verlaten en om samen wat mooie zaadjes te planten bij deze scholenbouw bubbel. De Vakbeurs Openbare Ruimte en dit soort congressen kunnen een goed begin zijn hiervoor.
  2. Is er iemand die mee wil helpen om te proberen de VNG verordening aan te passen? Vast taai werk, maar wat zou het mooi zijn als het lukt, dan worden de pleinen van alle nieuwbouwscholen een stuk groter. Inmiddels is contact gelegd met Platform ruimte van de jeugd om eens samen na te denken over de mogelijkheden.

Speelse groetjes,

Anneke Rodenburg en Suzanne van Ginneken

door Agnes van den Berg

De afgelopen twee jaar (2021-2022) heb ik als ‘wetenschappelijk adviseur’ meegewerkt aan een Europees project gericht op het versterken van Natuur Intelligentie bij jongeren van 16-30 jaar. Het project bestond uit een strategisch partnerschap van vier jongerenorganisaties in Nederland (IVN), Italië, Tsjechië en Slovenië. In zo’n strategisch partnerschap wordt wetenschappelijke kennis gecombineerd met ervaringskennis van de organisatie om tot praktisch bruikbare toepassingen te komen.

De term Natuur Intelligentie is geïnspireerd op de naturalistische (of natuurgerichte) intelligentie uit Gardner ’s theorie van meervoudige intelligentie (Multiple Intelligences). In deze theorie wordt de naturalistische intelligentie nogal éénzijdig en cognitief ingevuld in termen van kennis en interesse. Het idee achter Natuur Intelligentie is dat natuurgerichte intelligentie op zichzelf ook weer een meervoudige intelligentie is, met meerdere cognitieve, emotionele, spirituele, en actie componenten. Met behulp van literatuuronderzoek en input vanuit de partnerorganisaties hebben we Natuur Intelligentie (ook wel afgekort tot NQ) als volgt gedefinieerd:

Een multidimensionale set van menselijke kwaliteiten om op een cognitieve, emotionele en spirituele manier verbinding met de natuur te maken, en om deze kwaliteiten actief te  gebruiken om zowel het persoonlijke en sociale welzijn als het welzijn van de natuur en de planeet te ondersteunen.

Het totaal aan dimensies en kwaliteiten kan worden samengevat in een ‘bloemmodel’, waarin ‘hoofd’ staat voor de cognitieve dimensie, ‘hart’ voor de emotionele dimensie, ‘onderbuik’ voor de spirituele dimensie, en ‘handen’ voor het vermogen om jouw verbinding met natuur om te zetten in actie’.

In het project hebben we drie praktisch toepasbare tools ontwikkeld:

1. Een vragenlijst (de NQ-36 zelf-test) om jouw NQ-profiel te bepalen. Deze test heeft veel toepassingen. Hij kan bijvoorbeeld voor en na een activiteit of programma worden afgenomen, om de impact ervan te meten. Maar het kan ook worden gebruikt om het ‘instapniveau’ van deelnemers aan activiteiten vast te stellen, of zelfs om het activiteitenprogramma van een organisatie te evalueren.

2. Een handboek met richtlijnen om Natuur Intelligentie in jongerenwerk te bevorderen, geïnspireerd op vier principes van de intelligentie van natuur als leermeester : heelheid, diversiteit, cycli, en krachten. Deze principes en richtlijnen kunnen worden gebruikt om activiteiten en programma’s te ontwerpen die aansluiten bij de verschillende NQ-dimensies.

3. Een online training met oefeningen en reflectie-vragen.

Op de website www.natureintelligence.eu kun je alle outputs, zoals het theoretisch raamwerk, de zelf-test, het handboek, en de online training, gratis downloaden. Sommige outputs zijn alleen in het Engels, maar de samenvatting (praktijknota), het handboek, en de online training zijn ook in het Nederlands beschikbaar. Exclusief voor Nederland is er ook een online zelftest, ontwikkeld door Studium Generale.

Natuur Intelligentie is een ‘work in progress’, en de ideeën en richtlijnen zijn niet meer dan suggesties die open staan voor eigen invulling vanuit organisaties die met dit concept aan de slag willen. Persoonlijk zie ik Natuur Intelligentie vooral als een tot de verbeelding sprekend concept dat houvast en richting kan geven voor iedereen die zich vanuit natuureducatie wil inzetten om kinderen, jongeren, en volwassen te verbinden met natuur.

Ik zet me dan ook graag in om dit concept verder te ontwikkelen. Samen met IVN werk ik op dit moment aan een aangepaste versie van de NQ-zelf test voor schoolkinderen, die begin volgend jaar zal worden afgenomen bij een steekproef van minstens duizend schoolkinderen uit groep 8. In de voorlopige versie van deze test onderscheiden we vier typen kinderen die op verschillende manieren verbonden zijn met natuur: De omarmers (A), aanpakkers (B), dromers (C) en genieters (D). Ik ben heel erg benieuwd hoe de jongste generatie verdeeld is over deze profielen.

In januari starten we ook met twee Europese vervolgprojecten voor schoolkinderen en volwassen. In  het project met schoolkinderen gaan we onder meer samen met Struin uit Nijmegen een natuurpedagogische visie uitwerken – waarbij we uiteraard ook veel gebruik zullen maken van de inzichten van Kees Both en andere Springzaad publicaties. Voor volwassenen gaan we een app ontwikkelen waarmee je je eigen NQ kunt monitoren en verder kunt versterken.

Kortom, veel plannen en ideeën. Waarvan ik me terdege realiseer dat ze, vanuit Springzaad gezien, niet veel meer zijn dan ‘oude wijn in nieuw zakken’. Maar wel op een andere manier geordend en gepresenteerd. Waarmee hopelijk een grote(re) maatschappelijke impact kan worden bereikt.