Dit artikel is bedoeld voor iedereen die met kinderen naar buiten gaat om samen van alles te ontdekken in de natuur. 

Nu ik dit schrijf is het droog en zonnig, geen slakkenweer dus. Dat wil zeggen, ze zijn er wel maar hebben zich verstopt. Huisjesslakken zitten diep weggedoken tussen de planten, veilig in hun huisje en naaktslakken op donkere zo vochtig mogelijke plekjes; onder stenen, bloempotten, tuinafval etc. Ze moeten wel, want slakken zijn weekdieren en drogen erg snel uit. Ze komen pas tevoorschijn als het donker is en koeler. Maar tijdens en na wat flinke plensbuien, zie je ze ook overdag rondkruipen op zoek naar lekkere hapjes of een soortgenoot om mee te paren.    

Grote wegslakken. Deze soort kan vrij groot worden, wel 20 centimeter! Ze leggen hun kleine doorzichtige eitjes in de grond. 
Segrijnslakken eten graag jonge planten. Het zijn nachtdieren die alleen na een regenbui ook wel overdag tevoorschijn komen.   

Ontdek het! 

Allerlei soorten

Weekdieren

Slakken zijn weekdieren en de meeste weekdieren, zoals schelpdieren en inktvissen, leven in het water. Slakken zijn de enige die ook op het land voorkomen, hoewel er meer soorten waterslakken zijn dan landslakken.

Je hebt huisjesslakken en naaktslakken en binnen die twee groepen zijn er weer heel veel verschillende soorten. Slakken heten ook wel ‘buikpotigen’. Dat is omdat ze zich voortbewegen met hun ‘buik’, dus met de gespierde onderkant van hun lange lijf. Ze bestaan voor het grootste deel uit water en hebben een week lichaam met een zachte slijmerige huid. Dat slijm beschermt enigszins tegen uitdrogen, maar is vooral belangrijk als glijmiddel. De dieren kunnen al glijdend over hun eigen slijm makkelijk vooruitkomen ook over ruwe oppervlakken zoals straatstenen.  

Tuinslakken heb je in allerlei kleuren, met en zonder donkere strepen. Je ziet hier goed hun vochtige slijmsporen. 

Eten en gegeten worden

De meeste slakken eten dode bladeren, schimmels zoals paddenstoelen of algen. Het zijn echte opruimers. Enkele soorten zoals de segrijnslakken en sommige soorten naaktslakken eten liever malse jonge plantjes. Om die te beschermen kun je de slakken die daar in de buurt zitten, wegvangen. Maar nog beter is dat je ervoor zorgt dat je tuin geschikt is als leefgebied voor de natuurlijke vijanden van slakken: vogels zoals zanglijsters, egels, muizen, kikkers en padden. Er zijn zelfs slakken zoals de tijgerslak die naaktslakken eet.     

Deze vrij kleine naaktslakken zijn dol op malse jonge planten. Dit harige blad van het gevlekte havikskruid vinden ze niet zo lekker.  

Voortplanten

Slakken leggen eieren. Voor ze dat doen, moeten ze eerst paren. Het bijzondere van slakken is dat ze mannetje en vrouwtje tegelijk zijn, dat heet hermafrodiet. Maar ze kunnen zich meestal niet zelf bevruchten, daar hebben ze een soortgenoot voor nodig. Dus als je twee slakken dicht tegen elkaar aan ziet, zijn ze aan het paren. Slakken leggen hun kleine ronde eitjes in plantenafval of in de grond. Na enkele weken komen ze uit. De jonge slakken lijken op hun ouders. Huisjesslakken vormen al een piepklein huisje binnen in het ei. Vanaf het moment dat ze eruit komen tot ze volwassen zijn, maken ze hun huisje steeds een beetje groter. Dat doen ze vanaf de mondrand, dat is de plek waar het dier uit zijn huis komt. Bij volwassen slakken zie je dat de mondrand vaak een beetje dikker is. 

De barnsteenslak leeft op vochtige plekken, je vindt hem vaak langs de waterkant.  

Activiteiten voor kinderen

1. Onderzoek 

Dit doe je het beste na een flinke regenbui of op een regenachtige dag. Zoek verschillende soorten slakken, kijk waar ze zitten en wat ze doen. Welke verschillen zie je tussen de slakken? Laat de kinderen erover vertellen: heeft het dier wel of geen huisje, hoe ziet het eruit; grootte, kleur en wat doet het dier? Zie je ook de slijmerige sporen die slakken achterlaten?   

2. Een slakkenbak maken

Slakken zijn heel geschikt om een korte poos in een bak te houden, dan kun je ze extra goed bekijken. Zorg voor een dun laagje vochtige grond en zet daar wat planten in bijvoorbeeld paardenbloem. Ook wat bladeren biologische sla lusten ze graag. Als de slakken over het glas kruipen, kun je goed hun onderkant bekijken en ook de slijmerige sporen die ze achterlaten. 

3. Tekenen

Je leert echt goed kijken als je slakken natekent. Dat lukt vooral goed als je wat slakken in een bak houdt.   

4.  Filmpjes

Bekijk filmpjes over slakken via Schooltv en/of YouTube.

Websites:

https://www.naturalis.nl/volg-onze-verhalen/wat-je-altijd-al-wilde-weten-over-slakken

https://determineren.nederlandsesoorten.nl/linnaeus_ng/app/views/matrixkey/index.php?mtrx=516

www.schooltv.nl

Filmpjes: o.a. Slakken – Het klokhuis, De slak – De slak heeft zijn huis altijd bij zich, Slakken – Glibberige beesten, De slak – Een langzaam, bijzonder diertje, Slakken – Nieuws uit de natuur, van eitje tot poelslak – Een eitje wordt een slak 

Tekst: Marlies Huijzer

Foto’s: Martin Stevens

Na zo’n 30 jaar in ‘het groen’ te werken & zo’n 15 jaar lid van de Wilde Weelde te zijn, kwam ik er onlangs eindelijk, eindelijk, aan toe mezelf een lidmaatschap van Springzaad cadeau te geven.  

De afgelopen decennia werk ik vooral in het gemeenschappelijk groen. Ontwerp, aanleg, beheer voor scholen; kinderdagverblijven; V.v.E’s en buurtgroepen. En wat vond ik het fijn en boeiend dat daar in toenemende mate speelnatuur bij kwam kijken. Likkebaardend zag ik ook hoe vooral collega’s Rob v/d Steen, Paul van Eerd en Laurens Braakman zulke mooie en inspirerende plekken maakten. Ik ben heel blij dat ik hen daar geregeld mee mocht helpen (en wellicht niet geheel passend in dit stukje, maar het fantastisch werk van Sigrun is me nog langer een soms jaloersmakend maar altijd stimulerend voorbeeld geweest)!        

In al die jaren heb ik veel ervaring opgedaan in de vele facetten van ons werk. En werd me langzaamaan duidelijker van waaruit ik werk en wat ik belangrijk vind. 

Basis en leidraad is voor mij het helaas toch ietwat belegen begrip van de samenhang der dingen. En het daaruit voortvloeiend belang van samenwerken. Samenwerken gebaseerd op ieders verschillende verantwoordelijkheid. Mijn verantwoordelijkheid ligt natuurlijk in eerste instantie in het ontwerpen en aanleggen van een veilige, zo divers mogelijke, stimulerende en speelse plek voor kinders. Heldere keuzes in ontwerp; een degelijke en speelse aanleg en niet te vergeten ook een goed te onderhouden plek. Ik zie het als één van m’n belangrijkste taken om de elementen van vraag, ontwerp, aanleg, gebruik en onderhoud in een zo vloeiend mogelijke samenhang georganiseerd te krijgen.

Dit alles om een fijne, speelse plek te creëren waar zo veel mogelijk planten & dieren wonen en zo veel mogelijk kinderen kunnen spelen. Dat spelen zie ik graag in de ruime zin van het woord. Dus naast alle belangrijke vormen van spel ook plekken om boekje te lezen; met z’n allen te leren; om samen of in je uppie te staren; geheime plekjes; zitplekken. Een aantal afgebakende plekken voor plant en dier, maar ook plekken waar het niet zo erg is als planten en dieren iets te lijden hebben van het kinderspel en hun speelse interesse.  

Als ik er zo over nadenk, is spelen eigenlijk de mooiste manier om je te bewegen op de golven van de samenhang der dingen. Spelen is daarmee niet alleen als doel voor de kinders belangrijk, maar ook minstens zo belangrijk in ontwerp, aanleg & beheer. Of zoals Wende in haar lied ‘yoga oefeningen’ bezingt: ‘maar verleg die steen en speel!’ Alwaar ze voor de volwassenen onder ons nog stilletjes aan toevoegt: ‘dat je belangrijk was’. Waarvan akte.    

Auteur: Rob Vleeming, robvleeming@ziggo.nl

Ervaringen uitwisselen tijdens een bezoek aan een gemeentelijk natuurspeelplek

ONAFHANKELIJK ADVIES – KENNIS DELEN – ERVARINGEN UITWISSELEN – ENTHOUSIASTE COLLEGA’S ONTMOETEN

Steeds meer scholen willen een groen/blauwe buitenruimte in plaats van een grijs plein. Gemeenten geven subsidie en willen daarvoor kwaliteit. Maar waar zit ‘m die kwaliteit in? Hoe krijg je dat voor elkaar?

Steeds vaker willen gemeenten meer ruimte maken voor natuurlijk-avontuurlijk spelen in de openbare ruimte. Maar hoe regel je dat binnen de verschillende afdelingen? Hoe neem je bewoners mee in het nieuwe beleid? Hoe ga je om met botsende belangen? Hoe met veiligheid en aansprakelijkheid?

Binnen een gemeente is op het gebied van speelnatuur niet altijd evenveel kennis aanwezig of de aanwezig kennis is versnipperd.
Stichting Springzaad heeft veel specialistische kennis en ervaring op het gebied van zowel groen als blauw van planvorming tot uitvoering en beheer verzameld.

Die kennis en ervaring willen we graag met gemeenten delen en een speels netwerk bouwen tussen de gemeenten onderling.

Springzaad is 20 jaar geleden ontstaan vanuit ontwerpers, hoveniers en pedagogen. Er was nog weinig over speelnatuur bekend, door de kennis en ervaringen uit te wisselen, ontstond er een gezamenlijk doel en visie over wat natuurlijk spelen inhield en werd er een Stichting opgericht. De huidige Stichting is een landelijk netwerk van professionals die met elkaar kennis delen over natuurlijk ingerichte buitenruimten en gemeentelijke speelweefsels o.a. bij scholen, kinderopvang of in de openbare ruimte. De rijke ervaring van haar partners wordt gebundeld en toegankelijk gemaakt via diverse activiteiten.

Inmiddels zijn ook natuurbeheerders, leerkrachten, opleiders, onderzoekers, beleidmakers en ambtenaren partner van de Stichting. Met dit netwerk heb je als partner een vraagbaak en voel je je gesteund in je ideeën over inrichting en beheer van natuurrijke buitenspeelruimte.

Meer Ruimte voor Natuur en Kinderen

Deze visie delen we als partners nog steeds en dragen we uit. Voor groene en groen/blauwe schoolpleinen is eveneens een visie ontwikkeld vanuit Springzaad.
Waaraan herken je een kwalitatief groen / blauw schoolplein of natuurlijk-avontuurlijk speelplaats:

  • een rijk speellandschap;
  • minimaal 50% van het bespeelbaar oppervlak heeft een natuurlijk karakter;
  • bij het ontwerpen, de aanleg en het onderhoud zijn kinderen, leerkrachten, ouders omwonendenen andere partijen actief betrokken;
  • overwegend (her)gebruik van waar mogelijk natuurlijke materialen en inheemse beplanting;
  • de inrichting draagt bij aan grotere biodiversiteit, het vasthouden / gebruik van regenwater en het tegengaan van hittestress;
  • voor kinderen uitdagende en dynamische natuur;
  • kinderen leren grenzen kennen en omgaan met aanvaardbare risico’s;
  • een speelomgeving welke behalve actief spel ook rust, natuurbeleving en creatieve vormen van spel stimuleert;
  • het gebruik van buitenruimte is geïntegreerd in het lesprogramma.

Springzaad biedt u ondersteuning

Een gemeenteambtenaar die gedreven is en wil gaan voor groene schoolpleinen, loopt daarbij vaak tegen onwetendheid aan. Krijgt veel vragen en merkt vaak dat er binnen de gemeente weinig ervaring met speelnatuur is. Springzaad kan een ambtenaar hierbij ondersteuning bieden.

Hoe?

In de vorm van kennisdeling, wij organiseren bijeenkomsten en activiteiten, geven trainingen en cursussen. Stichting Springzaad brengt publicaties uit als: boeken, brochures gebundeld beeldmateriaal met voorbeelden van speelnatuur. Onze nieuwste uitgave is een inspiratiemap voor groene schoolpleinen. De map bestaat uit 13 bladen, elk met een eigen thema, vol met inspirerende voorbeelden. Goed te gebruiken bij de ontwikkeling en ontwerp van een groen schoolplein.

Voordelen van partnerschap

Als partner ontvangt u onze nieuwsbrief en kunt u een plek krijgen op onze website, waar u speciale interesses en kennis, projecten en vragen met anderen kunt delen. U kunt deelnemen aan bijeenkomsten, cursussen en trainingen waar u kennis op doet en waar ervaringen worden uitgewisseld. Kennis op het gebied van o.a. beplanting, pedagogiek, aanleidingen, risico’s, veiligheid, beheer, speelwater en van visie, ontwerp, inrichting en regelgeving. Met uw vraag bepaalt u daarnaast waar wij onze activiteiten op richten.

Springzaad opereert zonder winstoogmerk, onafhankelijk van commerciële of politieke partijen, ter bevordering van kwaliteitsverbetering van de speelomgeving voor kinderen.

Wilt u meer weten, kom naar de gemeentedag op vrijdag 8 oktober 2021 of stuur een mail naar info@springzaad.nl

U bent van harte welkom als partner!

Workshop Starthulptraject groene schoolpleinen 
voor gemeenten en procesbegeleiders

Wat
Verdiepende workshop over organiseren starthulptraject voor groene schoolpleinen door gemeenten en procesbegeleiders.

Waarom
Als de school de start van het traject niet goed inzet, ligt een mislukking op de loer.

Voor Wie
Gemeenteambtenaren groen/spelen/onderwijs, procesbegeleiders/ontwerpers speelnatuur, NME-medewerkers, regioconsulenten Springzaad

Tijd en locatie:   30 juni 2021 van 15:00 tot 17:00 op Basisschool De Zonnewijzer in Amersfoort, Trombonestraat 62
Investering:  € 60.- (ex btw) voor de partners van Springzaad, € 75,- (ex btw) voor alle andere deelnemers, voor SZregioconsulenten gratis
Opgave:  meld je nu aan via info@springzaad.nl
(afhankelijk van de geldende maatregelen later nadere invulling)

Overal in het land zie je steeds meer groene schoolpleinen, gelukkig. De meerwaarde van een groen plein heeft zich inmiddels bewezen. Maar er gaat nog wel eens iets verkeerd met ontwerp, aanleg of onderhoud. Gemeenten weten niet precies hoe ze de scholen het beste kunnen ondersteunen. Er zijn (nog) te weinig ontwerpers/hoveniers/schoolleiders/ambtenaren/NME-medewerkers die weten hoe je tot een kwalitatief goed groen schoolplein kan komen. En dat is heel jammer, want als er na een enorme inspanning in geld, energie en tijd  een ‘groen’ plein ligt en het bijvoorbeeld na een half jaar alweer kaal gespeeld is, tja… dan is de teleurstelling groot.

Na de online informatiebijeenkomst van 14 mei jl komt er nu een verdiepende workshop op locatie op 30 juni as. aangeboden door het Expertisecentrum Groene Schoolpleinen van Stichting Springzaad in Amersfoort. Hierbij wordt dieper ingegaan op het volledige traject als een samenwerkingsverband tussen gemeenten, scholen en procesbegeleiders. Het is van wezenlijk belang dat scholen goed overdenken waarom ze een groen plein willen hebben en hoe en met wie ze dat het beste kunnen aanpakken. Als de visie goed in elkaar zit, scholen weten wat ze willen, en er een deskundige ontwerper is gekozen, dan komt het in merendeel van de gevallen goed.

Goed voorbeeld is de Werkplaats Groene Schoolpleinen in Amersfoort, waar dit starthulptraject is uitgedacht. Inmiddels wordt het ook toegepast in Rhenen en Harderwijk. Deelnemers van de workshop krijgen uitgebreid inzicht in dit starthulptraject ‘Van pril idee naar eerste werkdag’. Niet alleen inhoudelijk, maar ook hoe je dit als gemeente kan organiseren en ondersteunen. 

Verder gaan we de diepte in door met elkaar wat casussen te behandelen, zodat iedereen geïnspireerd en met goede bagage weer verder kan. 

Voorbeeld van het starthulptraject zoals ontwikkeld voor de gemeente Harderwijk door Marjan Deurloo/ Juffie in ‘t groen en Fabian Brökelman/ Samenwerkstad Amersfoort